Mijn vader Kleys Kroon.
Bij het opnieuw inruimen van een boekenkast kwam ik, niet lang geleden, het boekje tegen: “Blijvend Verzet -teksten van K.H.Kroon ” . [ELTHETO-Tijdschrift over Godsdienst en Politiek no.67 febr.1982]
Die titel sprak mij, als links-gerichte politiek activiste in Israël, aan. Immers, in een land waar, onder leiding van een – dezer dagen radicaal rechtse – regering, de consensus meer en meer “rechtsdraaiend” is, zal een houding van blijvend verzet uiteraard onvermijdelijk zijn.
Het boekje opent met een “interview” met mijn vader waarin hij in het kort de ontwikkeling van zijn levensbeschouwing en tevens theologische ideeën in zijn levensloop beschrijft. Het is frappant daar dingen te lezen waarin ik mijzelf en mijn politieke activiteiten tegenkom.
In November 1998 was ik één van de vrouwen die de antimilitairistische organisatie “New Profile” oprichtten. Deze –feministische– organisatie steunt o.a. dienstweigeraars, iets dat vrijwel ongehoord is in het hyper-militairistische Israel, waar je legerdienst de vrijwel absolute evaluatie is voor je daar aansluitende leven in de burgermaatschappij.
Het was daarom verrassend in dit interview te lezen over Kleys’ oom Leonard v.d. Veen, een communist. Nooit eerder hoorde ik van zijn bestaan, laat staan over het liedje dat hij mijn vader als jongeman uit zijn hoofd liet leren : een brief van een moeder die haar zoon schrijft die wegens dienstweigering in het gevang zit.
Hou je goed mijn jongen, wees ervan doordrongen
Dat je hebt een zware taak, voor de grote zaak
Eenmaal in de kerker , maakt mijn troost je sterker
Jongen, ‘k zie je liever daar, dan als een moordenaar.
Opgroeiend in de Tweede Wereldoorlog en met alles wat daarmee te maken had – Jodenvervolging, de joodse onderduikers bij ons thuis, leven onder een bezetting, het oorlogsgeweld überhaupt – dit alles had natuurlijk een grote invloed op ons, niet alleen op mijn vader en zijn werk maar ook op ons kinderen. De houding van onze ouders in die tijd moet, bewust of onbewust, een moreel kompas voor ons geweest zijn en voor mij bepalend voor mijn volwassen leven.
Toen ik in 1964 met mijn man naar Israël ging kwam het als een schok toen mijn vader mij, bij mijn vertrek, zei: “ een staat gebaseerd op een godsdienst is problematisch”. Nooit had ik enige twijfel over de stichting van de Staat Israël gehad of gehoord. Immers ons hele gezin had aan de radio gekluisterd gestaan en vol enthousiasme geluisterd naar de stemming van de UN voor de erkenning van die Staat.
Dat later mijn vader hoe langer hoe kritischer stond tegenover de politiek van Israel wist ik wel, maar vond ik moeilijk te accepteren. Zó moeilijk – en toen onduidelijk – was het voor mij, dat mijn vader en ik het onderwerp van de Israelische politiek in gesprekken bij onze toch al niet regelmatige ontmoetingen vermeden om hooglopende ruzies te voorkomen: wij beiden konden nogal flink van leer trekken. Jammer dat pas nadat mijn vader overleden was en wij niet meer met elkaar konden spreken het besef kwam hoe gelijkgestemd wij waren en dachten. Lang nog na zijn dood heb ik dikwijls gedacht: “zo zou Kleys dit ook gedaan of gedacht hebben.”
Mijn beide ouders waren aanwezig bij de ceremonie waar ik joods werd, – een vriend van mijn vader noemde dit eens “de Kroon op zijn werk”. Bij die plechtigheid is mij toen gevraagd waar ik het verschil zag tussen het Jood zijn of Christen. “Ik vind dat een moeilijke vraag “ heb ik toen geantwoord , ” in mijn ogen is het belangrijkste van religie de ethiek. Dat, wat ik geleerd en begrepen heb van het joods zijn, is niet anders dan de ethiek die ik van huis meekreeg.”
Dié ethische achtergrond of liever “onderbouw”, bepaalt mijn menselijke en politieke betrokkenheid. Ik verzet mij tegen de Israelisch bezetting van de Westbank en de onderdrukking van de Palestijnen door deel te nemen aan de activiteiten van de organisatie “Machsom Watch” (www.machsomwatch.org ) . Tevens ben ik lid van andere sociale en vredesbewegingen.
Het gevoel dat je een verplichting hebt tegenover je medemens is ongetwijfeld die geestelijke nalatenschap van mijn ouders. Zo zie ik dat de gerichtheid van mijn leven zich voortzet in de voetstappen van mijn vader Kleys Kroon.
Annelien Kisch-Kroon , Israel 2016